Schelpen, de 17e -eeuwse Zeeuw Adriaen Coorte schilderde ze meesterlijk. Staan schelpen in de Bijbel? Niet letterlijk. Toch: "hetgeen de paden der zeeën doorwandelt" (Psalm 8:9). Daar zijn ze: kleine, lage schuifelaars op de zeebodem. Zwakke weekdieren in de diepte. Zich verheffen lukt niet. Dit plekje is nodig: klein zijn en blijven tegenover Gods majesteit: "Vernedert u dan onder de krachtige hand Gods, opdat Hij u verhoge te zijner tijd." (1 Petrus 5:6).